Sofia Tsimbalyuk (16) vluchtte een paar weken geleden uit Odessa, Oekraïne. Samen met haar moeder en broertje kwam ze in Nederland in een gastgezin terecht. Haar vader moest ze achterlaten, die kon het land niet uit. En de stad waar ze woonde, zag ze in puin veranderen. Handboogvereniging De Vriendenkring in Schaijk helpt haar positief te blijven: 'Als ik schiet, ben ik vrij.'
Natuurlijk denkt ze nog veel aan thuis, in Oekraïne."Odessa ligt vlak bij de zee", vertelt ze."Het is meestal een heel veilige plek, maar nu is de brug in de stad totaal verwoest. Ik weet niet wat er nog meer gaat gebeuren." En haar vader is nog daar. Ze maakt zich zorgen om hem."Ik ben verdrietig dat hij achter moest blijven. Hij kan niet weg daar."Met haar moeder en broertje kwam Sofia naar Nederland. Ze werd opgevangen in een gastgezin.
En ze blijkt een enorm talent te bezitten voor de pijl en boog."Ja, ik ben geloof ik wel goed", lacht ze verlegen."In Oekraïene was ik reserve voor het Olympische team." En dat is ook meteen haar grote droom: de Olympische Spelen halen. Drie keer per week is Sofia te vinden bij handboogvereniging De Vriendenkring. Frits van de Ven helpt haar trainen. Hij heeft ervaring met jongelingen naar de Olympische Spelen begeleiden: zijn zoon Rick van de Ven kwam als handboogschutter voor Nederland uit op de Spelen. En hij twijfelt niet aan het talent van de jonge Oekraïnse."Ze is écht goed. Ze heeft de capaciteiten. Ze is pas 16 dus heeft nog een weg te gaan.
Ondertussen werkt het handboogschieten ook helend voor Sofia, ziet hij."De eerste week was het een heel beduusd meisje. Stil, ze zei bijna niets. Je zag wel de drive in haar ogen, maar er zat ook een trauma achter", herinnert Frits zich."Nu zie je haar vrolijk rondlopen, ze maakt grapjes, is onderdeel van de club." Al draagt ze de oorlog nog met zich mee."Dan zie je ineens aan haar ogen: er gebeurt wat in haar hoofd.
Sofia zelf probeert zich vooral te richten op haar droom, de Olympische Spelen. Aan die droom houdt ze nu vast, ook nu haar vaderland in oorlog is en ze heeft moeten vluchten."Mijn droom is nog levend. En ik ben zo blij dat ik nu hier kan trainen."